Spoorwegovergang | 17 september 1924

24-09 veenweg.jpg

Nu al weer 50 jaar geleden werd de Utrechtsebaan geopend en werd ook het spoortracé tussen de Vliet en de Binckhorst opgehoogd. Daarmee werd een belangrijk obstakel in de verbindingen tussen het centrum van Voorburg en Voorburg-West weggehaald. Maar die aanleg creëerde op haar beurt weer nieuwe problemen, zoals geluidsoverlast en ruimteverlies. Vandaar dat nu serieuze ideeën ontwikkeld worden om weg en spoor tussen de Binckhorst en de Vliet te ondertunnelen. Dat zal nog wel even duren, en wellicht is het ook te duur, maar als het lukt, kan er een aanzienlijke verbetering van de woon- en leefomgeving worden gerealiseerd.
Wat betreft datzelfde spoortracé, tussen Den Haag en Gouda, is al vaker aandacht besteed aan spoorovergangen. Bijgaand artikel schetst de situatie bij de spoorwegovergang Veenweg in 1924. Tegenwoordig bevindt zich daar een fietstunnel, maar daarvoor was er een gelijkvloerse kruising die een bewaakte overweg verving! De Veenweg was toen een belangrijke verbinding tussen Delft en Leiden, via Nootdorp en Zoeterwoude. Bij de aanleg van de spoorlijn had het bestuur van de Tedingerbroekpolder bedongen dat er een bewaakte overweg zou komen. Aan die belofte heeft men zich vanaf 1869 tot 5 september 1924 gehouden, maar toen was het voorbij. De kosten liepen te sterk op. Vanaf dat moment was het een onbewaakte overgang geworden.
Al op 6 september was er een bijna ongeluk. De briefschrijver vreesde dat het wachten was op de echte klap. Hij ondersteunt dan ook het polderbestuur dat bezwaar heeft aangetekend tegen deze verandering, zich beroepend op de afspraken van 1869. Zo’n hoffelijke ingezonden brief is in de moderne media niet meer gebruikelijk. Het resultaat wel: de overgang bleef onbewaakt.


(Maasbode)