Naam | Geboorteplaats | Geboortedatum | Overleden | Datum overlijden | Leeftijd | |||||
Joseph Weijl | Den Haag | 26-11-1889 | Auschwitz | 26-2-1943 | 53 | |||||
Sara Anna Weijl-Blitz | Den Haag | 09-08-1894 | Auschwitz | 26-2-1943 | 48 | |||||
Hanna Weijl | Den Haag | 22-3-1915 | Auschwitz | 27-8-1942 | 27 | |||||
Clara Weijl | Den Haag | 23-1-1926 | Auschwitz | 26-2-1943 | 17 | |||||
Marie Blitz | Den Haag | 25-08-1896 | Auschwitz | 26-2-1943 | 46 |
Joseph Weijl was bij zijn trouwen broodbakker. Hij trouwde op 3 maart 1914 met Sara Anna Blitz, dochter van een slager. Zij kregen twee kinderen, Hanna en Clara.
Later wordt als beroep van Joseph ‘waard‘ genoemd en dat van Sara ‘pensionhoudster’. Zij zullen eind dertiger jaren van de vorige eeuw, tot in de oorlog, een pension gedreven hebben. Zij bewoonden een pand, Westeinde 95, met meer dan 12 kamers, waar in de eerste oorlogsjaren een stuk of 10 bedden stonden.
Enkele Holocaustslachtoffers die oorspronkelijk niet in Voorburg woonden, geven in het doorgangskamp Westerbork aan dat zij op hetzelfde adres woonden als het gezin Weijl. Ook is hun overlijdensakte opgemaakt in Voorburg, hetgeen impliceert dat zij officieel in het bevolkingsregister van Voorburg stonden ingeschreven. Waarschijnlijk waren zij in de laatste fase van hun leven ‘in pension’ bij de familie Weijl.
Marie Blitz was een ongetrouwde zus van Sara Anna. Zij woonde al sinds 1929 op het adres Westeinde 95, waar zij wellicht meehielp in het pension-bedrijf.
Dochter Hanna Weijl was de eerste van het gezin die is omgebracht. Op haar registratiekaart staan de letters ‘o A’ vermeld. Waarschijnlijk betekent dit ‘ohne Aufruf’, ofwel ‘zonder oproep’. Zou de 27-jarige Hanna zichzelf hebben aangemeld? De eerste trein naar Auschwitz was net een maand eerder vanuit Westerbork vertrokken. Op 23 augustus 1942 is Hanna in Westerbork aangekomen en een dag later is ook zij op de trein naar het vernietigingskamp Auschwitz gezet.
De overige gezinsleden, vader Joseph, moeder Sara, zus Marie en dochter Clara zijn op 19 februari 1943 naar Westerbork vervoerd. Niet alleen het gezin Weijl, maar ook hun pensiongasten, het echtpaar Vos-Friedländer en de bejaarde Edelina Wessel-Redlich, en daarnaast de familie Davidson van de Weverslaan 37 maakten deel uit van dit transport. De meesten van hen vertrokken op 23 februari 1943 met de laatste ‘reguliere’ trein van Westerbork naar Auschwitz. Daarna werd Sobibor gedurende enkele maanden de hoofdbestemming voor de treinen vanuit Westerbork. Eind augustus 1943 werden de transporten naar Auschwitz weer hervat.
Nadat het hele gezin was vermoord, is hun huis onteigend door de Duitse bezetter. Hun pensiongasten waren inmiddels ook al vermoord, in Auschwitz en Sobibór.